maandag 9 januari 2012

Nog een Jaar...

Vanaf het moment dat we in Israel kwamen wonen, moet ik elk jaar, samen met Ben, bij het Israelische Ministerie van Binnenlandse Zaken langs om mijn verblijfsvergunning te verlengen. Omdat ik niet Joods ben, mag ik in Israel wonen en werken omdat Ben Israeli is. Dit verandert na 4 jaar, wanneer ik kan kiezen voor de Israelische nationaliteit.

Elk jaar, zo'n twee maanden voor mijn verblijsfvergunning verloopt, verzamelen Ben en ik documenten zoals salarisstroken, bewijs van inschrijving van Jarden en Boaz bij hun school en creche, rekeningen, huurcontract van ons huis, foto's en een "aanbevelingsbrief" van een familielid, waar om wordt gevraagd als bewijs dat ik in Israel woon en werk en ik samenleef met Ben.

De foto's en de brief blijven de leukste onderdelen. Omdat ik altijd degene ben die foto's maakt, is een foto van ons 4-en zeldzaam. Door het jaar heen op familiefeestjes, waar de fotocamera's te voorschijn komen, gaat bij ons altijd als automatisch een alarmbel rinkelen: "We moeten op de foto als gelukkig gezin!" Boaz wordt uit zijn spel geplukt en Jarden vanachter haar bord met eten - zo, dat is ook weer geregeld voor dit jaar.

En dan de brief. Mijn schoonzus was dit jaar zo lief om een brief te schrijven, waarin eigenlijk elk jaar hetzelfde wordt geschreven, maar dan net iets anders: wie ben ik en wat doe ik hier? We zijn er nu in getraind om de juiste balans te vinden tussen de waarheid en de hemel in prijzen...

Met het hele pakket documenten gaan Ben en ik samen naar de afdeling van het ministerie in het centrum van Jeruzalem. Dat is elke keer een wedstrijd. Voor de afspraak waar je je documenten inlevert kun je alleen bij het ministerie terecht op bepaalde dagen en alleen tussen 8 en 9. Kom je daarbuiten, dan heb je pech. Dan wordt je, soms vriendelijk, soms niet, verzocht om een andere keer terug te komen. No mercy.

Als je om kwart voor 8 aan komt lopen, staat er al een rij op de stoep voor de ingang van het ministerie. Zodra de deuren open gaan, loop je eerst door de detectoren en wordt je tas gecontroleerd (niets nieuws in Israel) en dan probeer je zo snel mogelijk de trappen op bij de juiste afdeling te komen om daar je paspoort of verblijfsvergunning in te leveren. Dat gaat gepaard met je niet door iemand anders in te laten halen op weg naar de afdeling en, daar eenmaal aangekomen, ervoor te zorgen dat iemand anders niet even snel voordringt bij het afgeven van je paspoort. Zodra dat is gelukt, heb je het vervelendste deel achter de rug en kun je rustig gaan zitten en wachten tot je wordt geroepen. De paspoorten worden netjes op een stapel bewaard, op volgorde van het moment van inleveren. Zodra de volgende aan de beurt is, wordt het bovenste paspoort van het stapeltje genomen en wordt de naam van de eigenaar van het paspoort geroepen.

Zodra de stapel documenten met ons is doorgenomen, betalen we het bedrag voor het verlengen van mijn verblijfsvergunning en maken we een afspraak voor Het Verhoor, op een dag vlak voor het verlopen van mijn verblijfsvergunning.

Vandaag was het De Dag Van Het Verhoor. De eerste jaren zaten we zenuwachtig te wachten op onze beurt, waarop eerst Ben aan een vragenvuur wordt onderworpen en daarna ik. Zenuwachtig, omdat we niet wisten wat we moesten verwachten en omdat, ook al hadden we niks te verbergen, het toch altijd voelde of er werd gespeurd naar niet overeenkomende feiten of gebeurtenissen uit onze verhalen. En dan wordt het ineens spannend om op te noemen wie je vrienden zijn, waar je je boodschappen doet en wanneer je de laatste keer iets voor je man hebt gekocht. Want jeetje, ik koop nooit iets voor Ben, maar dat komt natuurlijk erg verdacht over! En in welk jaar zijn we ook alweer getrouwd? Dat is helemaal fout om niet te weten! Ben en ik zijn inmiddels gepokt en gemazeld: we nemen van tevoren al deze cruciale gegevens door en spreken af wat we gaan zeggen.
Het begint slecht: we beginnen een uur later en de afdeling gaat gewoon dicht voor de lunch om 12 uur, ook al hebben we een afspraak om half twaalf en staan we al sinds die tijd te wachten. Maar als we dan uiteindelijk aan de beurt zijn, blijkt het het leukste verhoor te worden dat we ooit hebben gehad sinds we in Israel zijn. Ben blijft ook al zo belachelijk lang weg voor zijn deel van het verhoor. En als hij dan uiteindelijk lachend samen met onze verhoorster uit de verhoorkamer kom, weet ik dat dit een makkie zal worden.

Mijn verhoorster vertelt dat het gesprek met Ben zo leuk en interessant was dat ze niet eens de standaardvragen heeft doorgenomen, laat staan dat ze iets heeft opgeschreven. Normaal wordt alles wat je zegt tijdens een verhoor opgeschreven. Ook ik begin anders dan anders, met het emigratieverhaal van Jardens cavia. Een onderzoek door de dierenarts, een stempel van het hoofd van het Ministerie van Ik Weet Niet Meer Wat en een speciale kooi voor het vervoer in het vliegtuig - alles hadden we geregeld. Zodra we landden op het vliegveld van Tel Aviv, was er geen kip die vroeg naar onze papieren of zelfs ook maar een blik wierp op de kooi of haar inhoud. Zij vertelt meteen dat ze eens zonder problemen een hondje in een schoendoos met gaatjes en een strandtas heeft meegenomen in het vliegtuig. Eigenlijk is dit verhoor als het vertellen van mijn verhaal, zoals ik dit aan een vriend zou vertellen. Ook zij vertelt anekdotes uit haar persoonlijke leven en we lachen om elkaars verhalen. Ik heb nog nooit serieus echt gelachen bij een verhoor.

Aan het eind krijg ik mijn gewilde verblijsvergunning als een sticker in mijn paspoort en als een papiertje in mijn Israelische identiteitsbewijs. Als ik de verhoorkamer uitloop, zeg ik dat ik het oprecht een leuk gesprek vond. Ik kan er weer een jaar tegenaan!